Problematiek van overleden huurders
Met regelmaat verschijnen berichten in de diverse media van personen die in eenzaamheid gestorven zijn. Onlangs nog werd een kind van 3 jaar met haar dode moeder in een woning aangetroffen. De moeder bleek de week daarvoor al aan een natuurlijke dood te zijn overleden. En in 2013 bleek een vrouw in Rotterdam al 10 jaar dood in haar woning te liggen. Waar vroeger (fysieke) sociale controle heel normaal was, is dat nu wel anders. Houden wij elkaar alleen nog maar online in de gaten?
We vergrijzen, we vereenzamen
Wij zijn aan het vergrijzen, dat is alom bekend. Volgens cijfers van het CBS zal het aantal ouderen de komende jaren toenemen. De naoorlogse babyboom zal uitgroeien tot 4,6 miljoen ouderen in 2040, ten opzichte van 2,6 miljoen in 2010. In 2060 bestaat 44 procent van de huishoudens uit 1 persoon. Nu is dat nog 36 procent. Het aantal eenpersoonshuishoudens blijft naar verwachting nog ongeveer 40 jaar toenemen. Rond 2050 telt Nederland er 3,7 miljoen, ruim 1 miljoen meer dan nu. Bijna de helft van de eenpersoonshuishoudens zal dan uit ouderen bestaan. Nu is 31 procent van de alleenstaanden 65-plusser.
We verarmen, we verschulden
Nog een ontwikkeling die gaande is. We verarmen en we verschulden. Ik ben zo vrij geweest daar een nieuw Nederlands woord van te maken. Volgens het CBS heben naar schatting zo’n 1,4 miljoen huishoudens te maken met risicovolle schulden, problematische schulden of zitten in een schuldhulpverleningstraject. Dat is 1 op de 5 huishoudens. Ongeveer 760.000 Nederlandse burgers heeft ernstige financiële problemen. Jaarlijks neemt het aantal mensen met betalingsproblemen met 6 procent toe.
De dood van een overleden huurder
Ik kom vaak in contact met verhuurders die worden geconfronteerd met een overleden huurder. Waar het vroeger nog voor familie of vrienden als een sociale plicht werd gezien om de uitvaart te regelen, zien we tegenwoordig toch dat in zo’n 2.000 gevallen per jaar een gemeente de uitvaart of crematie bekostigt. Vaak betekent het ook dat de eventuele familie of vrienden niet willen instaan voor andere schulden en de nalatenschap verwerpen. Aangezien exacte cijfers niet bekend zijn, staat dit aantal nog los van de erfgenamen die wel de begrafenis, maar niet de overige schulden voldoen. De problematiek van de overleden huurder bracht mij er enige jaren geleden toe voor verhuurders een speciale cursus te ontwikkelen, een cursus die ik nog regelmatig geef.
Huurrechtelijke en erfrechtelijk aspecten
Wanneer een huurder overlijdt, spelen huurrechtelijke en erfrechtelijke aspecten een rol. Zijn er erfgenamen, gaan zij aanvaarden of verwerpen, is er een testament of notaris, wie zegt de huur op, wordt de woning leeggemaakt en wat te doen met de inboedel? Het zijn deze vragen en onzekerheid die de materie ook lastig maken. Je zou in de praktijk wensen, dat er vaker vooraf al een draaiboek klaarlag wie wat moet, mag en gaat doen.
De deurwaarder
Ook een deurwaarder heeft een rol in dit geheel. Hij kan als beëdigd ambtenaar een opname van de woning en inboedel maken in een zogenaamd proces-verbaal van constatering. Daarmee dekt de verhuurder zich in naar eventuele erfgenamen en schuldeisers, wanneer de woning wordt leeggehaald en de in veel gevallen waardeloze inboedel naar de vuilstort gaat.
Onlangs mocht ik met de deurwaarder mee naar zo’n opname in een woning van een overleden huurder. De gemeente had voor de begrafenis gezorgd en er waren geen directe betrokken familieleden of vrienden. Zoals in veel van dit soort gevallen, bleken mijn verwachten waar te zijn. De woning was van binnen een decor van sociale ellende. De inboedel, een opeenhoping van lege dozen, aangekoekte pannen, beschimmelde koelkast, etc., kon regelrecht naar de vuilstort.
Wat betekent dit voor de toekomst?
Hoe gaan we verder? Met de hiervoor geschetste mix van vereenzaming, veroudering en het verder toenemen van de schuldenproblematiek, voorzie ik op dit punt bepaald geen positief beeld voor de toekomst. Het betekent aan de andere kant vooral niet dat we bij de pakken neer moeten gaan zitten. Janssen & Janssen heeft ingezet op een schuldenvrije maatschappij, een visie die ik van harte ondersteun. Het betekent ook een opdracht aan die maatschappij. Ik propageer al jaren, dat schulden ten aanzien van primaire sociale behoeften, zoals huur, ziekte- en energiekosten, niet meer zouden moeten mogen voorkomen voor de meest kwetsbaren in onze samenleving waarbij ik de groeiende categorie ouderen toe reken. Wij moeten dan ook, en blijven dan ook onze kennis, kunde en ervaring inzetten om deze visie na te streven. Wij vertellen het verhaal van die eenzame overleden huurder door, zodat hij misschien toch niet helemaal voor niets is gestorven.
Deze blog is geschreven door Steven Houweling, jurist bij Janssen & Janssen.